22-12-2021 | Nieuws
De Minister van VWS heeft besloten de hoog-complexe zorg voor patiënten met een aangeboren hartafwijking te concentreren tot twee centra. Dit besluit volgt uit het rapport Zorg voor patiënten met een aangeboren hartafwijking, scenario’s voor de toekomst van de Nederlandse Verenigingen voor Kindergeneeskunde, Cardiologie en de Thoraxchirurgie. De Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie is door VWS over het eindrapport geconsulteerd en heeft benadrukt ook de consequenties van concentratie voor niet-cardiale ingrepen mee te nemen in de overwegingen.
In Nederland worden elk jaar ongeveer 1400 kinderen geboren met een aangeboren hartafwijking. De zorg voor hen begint al voor de geboorte en gaat vaak door tot op hoge leeftijd. Aangeboren hartafwijkingen worden steeds beter ontdekt en kunnen steeds beter worden behandeld. Meer dan 90% van deze kinderen bereikt inmiddels de volwassen leeftijd.
Doel van concentratie
Een deel van de zorg betreft interventies als hartoperaties (door hartchirurgen) en ingrepen die via een katheter aan en in het hart kunnen worden verricht (door interventiecardiologen). Deze interventies worden nu in vier centra in Nederland verricht op een hoog niveau. Door concentratie blijft het aantal interventies per centrum aan de norm voldoen en krijgt elk centrum in voldoende mate te maken met de behandeling van complexe aandoeningen. Concentratie zorgt ook voor een gezonde leeftijdsopbouw binnen de medische beroepsgroep en stelt bovendien een goede opleiding van toekomstig specialisten en andere zorgprofessionals zeker. Mede door een maatschappelijk verantwoorde dienstbelasting kan de zorg ook in de toekomst op hoog niveau geleverd worden.
Concentratie heeft ook gevolgen voor niet-cardiale ingrepen
De NVA heeft bij VWS benadrukt ook het gevolg van concentratie in het kader van levensloopzorg mee te nemen in de overwegingen. De anesthesiologische zorg voor patiënten met een aangeboren hartafwijking is zeer specialistisch, niet enkel bij de cardiale ingreep zelf maar ook bij alle niet-cardiale ingrepen gedurende de levensloop. Concentratie leidt ertoe dat professionals in de centra die deze zorg in de nieuwe structuur niet meer mogen aanbieden kennis en kunde verliezen. Patiënten met een aangeboren hartafwijking kunnen in deze centra dus ook niet terecht voor alle andere niet-cardiale ingrepen. Concentratie vereist dan ook 1) dat de centra die de interventies mogen uitvoeren, alle (of ten minste de meeste) andere spoedzorg in huis moeten hebben om te voorkomen dat deze bijzonder kwetsbare patiëntengroep overgeplaatst moet worden, 2) een hulpnetwerk vanuit de centra die de interventies mogen uitvoeren zodat andere ziekenhuizen in spoedeisende gevallen de primaire opvang kunnen bieden.
Zorgvuldige transitieperiode
De impact van deze verandering is groot, zeker voor team van zorgprofessionals in de centra waar deze zorg wordt beëindigd. Het proces van verandering zal daarom zorgvuldig moeten worden begeleid.