Belangrijkste veranderingen in de nieuwe opleiding

Drie differerentiaties
Voor aios die het nieuwe opleidingsplan gaan volgen wordt het mogelijk om als geregistreerd anesthesioloog-pijnspecialist, geregistreerd anesthesioloog-intensivist of als anesthesioloog-perioperatief specialist de opleiding af te ronden. Voor elk van de drie differentiaties geldt dat aan het eind van de opleiding de jonge klare anesthesioloog in staat is om perioperatieve zorg te verlenen aan de meerderheid van de patiënten voor de meest voorkomende ingrepen.

De keuze voor één van de drie differentiaties wordt gemaakt in het derde opleidingsjaar. De beschikbaarheid van het aantal plaatsen kan een beperkende factor zijn. Aios kunnen tevens de wens uitspreken om de differentiatie, of een onderdeel daarvan, te volgen in een ander cluster en solliciteert dan bij de oordelend opleider van het andere cluster.

Individueel en competentiegericht opleiden
Zowel qua inhoud als qua duur maar ook de locaties waar de competenties het beste aangeleerd kunnen worden verschillen per aios. Zo kunnen aios zichzelf zo optimaal mogelijk voorbereiden op de latere beroepsuitoefening. Wanneer de invulling van het werk op een later moment in de carrière verandert is net als nu  wellicht aanvullende scholing nodig en mogelijk ook certificering. Wanneer aios zich alsnog willen bekwamen in een ander profiel kan dit in de vorm van een fellowship.

Met de introductie van de EPA als bouwsteen van het opleidingsplan gaat er meer competentiegericht opgeleid worden. Een EPA (Entrustable Professional Activity) is een professionele taak of verantwoordelijkheid die stafleden toevertrouwen aan een aios om met beperkte supervisie uit te voeren zodra de aios de benodigde competenties heeft verkregen.

De mogelijkheden voor het volgen van de opleiding in regionale klinieken zijn verruimd, zowel v.w.b. de duur (minimaal ½, maximaal 1½ jaar) als de inhoud van de opleiding: niet de opleidingsduur van een opleidingsonderdeel of de opleidingslocatie is leidend voor het te volgen curriculum van de individuele aios, maar de vraag waar en wanneer deze aios de benodigde competenties het beste kan leren. Aios maken gezamenlijk met de opleider een individuele afweging. Ook het volgen van opleidingsonderdelen in meerdere regionale klinieken behoort tot de mogelijkheden.

Regionale inrichting
Door de individuele aanpak is er sprake van een regionale inrichting van de opleiding. Een regionale opleidingsclusters gaan onderling meer variatie vertonen v.w.b. het aanbod dat wordt geboden.

Pijn- en palliatieve geneeskunde
Met de integratie van de differentiatie pijn- en palliatieve geneeskunde in het opleidingsplan Anesthesiologie is tegelijkertijd een aanscherping van de opleidingseisen tot anesthesioloog-pijnspecialist doorgevoerd. Dat geldt zowel voor het curriculum als voor de ziekenhuizen die de differentiatie mogen aanbieden; zowel aan de opleider, opleidingskliniek en opleidingsgroep in de pijngeneeskunde, worden erkenningseisen gesteld. Op korte termijn worden deze eisen door de vereniging vastgesteld en, met inachtneming van een overgangsregeling, geïmplementeerd. Ook de toekomstige zijinstromers zullen moeten voldoen aan de nieuwe eisen.