Voor de operatie

Voorbereiding op gesprek met de anesthesioloog

Voor de operatie of het onderzoek krijg je een afspraak bij de polikliniek anesthesiologie. Een anesthesioloog stelt jou tijdens dit bezoek vragen. Bijvoorbeeld of je bepaalde ziekten hebt, welke medicijnen je gebruikt en of je wel eens een allergische reactie hebt gehad.

Je maakt samen met de anesthesioloog een plan voor de anesthesie die het beste bij jou en de operatie of het onderzoek past. De anesthesioloog geeft uitleg over de anesthesie. Hij vertelt je welke medicijnen je voor de anesthesie wel of niet mag innemen en tot wanneer je mag eten/drinken.

Tijdens het preoperatieve gesprek kan je al jouw zorgen uitspreken en vragen stellen. Tip: maak thuis al een lijstje te maken met alle vragen die je wilt stellen en neem je vragen mee naar je afspraak. Ben je een vraag vergeten? Je kunt na afloop van het gesprek altijd nog eens bellen voor meer informatie.

Ik vind het nog steeds best wel spannend, wat nu?

Geef het gerust aan als jij ondanks alle uitleg nog steeds angstig voelt. Indien nodig kan de anesthesioloog een medicijn voorschrijven waardoor jij je minder bang voelt. Een gering gevoel van gespannenheid vlak voor de ingreep komt veel voor en is niets om voor te schamen, daar hebben de medewerkers alle begrip voor.

Fit de operatie in

Veel mensen passen hun levensstijl aan als ze een operatie krijgen. Roken, alcohol, ongezonde voeding, te weinig bewegen, te veel stress... We weten inmiddels allemaal dat deze gewoontes je gezondheid negatief beïnvloeden. Een operatie is ook nog eens een grote belasting voor het lichaam. Daarom is het goed om op tijd je levensstijl te veranderen. Zo ga jij fit de operatie in.

Fitter worden geeft je een voorsprong in het herstel na de operatie. Het herstel gaat niet alleen sneller, er is ook minder kans op complicaties. Ook een groot voordeel: je mag vaak sneller naar huis!

Wat is belangrijk om te doen?

Gewoontes veranderen is vaak niet eenvoudig is. Misschien zijn er beperkingen waardoor wandelen of sporten niet kan. Met kleine veranderingen kun je al een stuk gezonder leven! De meeste ziekenhuizen willen je helpen, bijvoorbeeld met programma’s waarbij je met beweging op maat en voeding werkt aan spieropbouw.

• Spieropbouw is belangrijk omdat je spierkracht verliest als je na de operatie een periode op bed ligt. Wat je vooraf opbouwt, gebruikt je lichaam voor het herstel. 
• Ook bieden de meeste ziekenhuizen ondersteuning bij het stoppen met roken. Vraag je arts waarbij het ziekenhuis kan ondersteunen met het fit worden voor de operatie.  

Wat mag ik eten voor de operatie?

Voor sommige operaties of onderzoeken moet je nuchter blijven. Dat betekent dat je een paar uur van tevoren niet meer mag eten en drinken. Een volle maag kan tijdens de behandeling naar buiten komen. Dat kan gevaarlijke situaties opleveren. Daarom is het belangrijk om nuchter te zijn voor een operatie. Voor de meeste volwassenen gelden de volgende adviezen:

Tot 6 uur voor de operatie of het onderzoek: alles eten en drinken

Tot 6 uur voor het onderzoek of de operatie mag je alles eten en drinken waar je zin in hebt. Het is zelfs goed om dat te doen. Te lang nuchter zijn is niet goed voor je herstel na de operatie, dus voorkom dat je niet langer dan nodig nuchter bent.

Tot 2 uur voor de operatie of het onderzoek: heldere dranken drinken

Tot 2 uur van tevoren mag je heldere dranken drinken. Zoals water, koffie en thee zonder melk, aanmaaklimonade en (niet-troebele) appelsap. Je mag ook op een (klein) snoepje zuigen of kauwgom kauwen.

Uitzonderingen op de algemene regels

De anesthesioloog maakt voor de operatie of het onderzoek een risico-inschatting. Bij bepaalde ziekten of beperkingen en bij zwangerschap kan het langer duren voordat de maag leeg is. Als dit bij jou het geval is, dan kan de anesthesioloog van deze adviezen afwijken. Je krijgt dan een advies op maat. Voor je eigen veiligheid zal je misschien langer nuchter moeten blijven.

Allergieën

Het team dat jou gaat opereren wil graag weten of je ergens allergisch voor bent. Als je een allergie hebt voor bepaalde geneesmiddelen of stoffen, dan gebruiken de artsen en verpleging een ander medicijn. Op dit moment weten we dat ongeveer 50% van de jonge kinderen in Nederland een allergie heeft! Dat is veel meer dan vroeger. Ook zien we dat het aantal allergieën bij volwassenen toeneemt.

Ook allergieën voor antibiotica en desinfecterende middelen zijn heel belangrijk om te vertellen. Bij veel operaties krijg je vooraf antibiotica om de kans op een infectie te verkleinen. Maar dat moet wel gebeuren met veilige antibiotica. Met andere woorden: antibiotica waarvan we zeker weten dat de patiënt daar niet allergisch voor is.

Patiënten melden nog wel eens klachten die niet echte allergieën zijn, maar die wel belangrijk zijn voor het behandelteam. Een ervaring uit het verleden (bijvoorbeeld misselijkheid na morfine-achtige medicijnen) wordt dan vaak als allergie genoemd, maar is het meestal niet. Het is wel belangrijk om dit te zeggen tegen de anesthesioloog. Die kan de pijnbehandeling na de operatie daarop aanpassen.

Bijwerkingen van en de wisselwerking tussen medicijnen

Veel mensen ervaren vooral de positieve effecten van hun medicijnen, maar elk medicijn heeft een risico op bijwerkingen. Ook kan een wisselwerking tussen medicijnen ervoor zorgen dat een medicijn beter of slechter wordt opgenomen of afgebroken in het lichaam.

Anesthesiologen zorgen voor de veiligheid van de patiënt voor, tijdens en na de operatie. Tijdens een operatie krijg je ook medicatie. Het is daarom belangrijk dat je voor een operatie jouw medicijngebruik goed bespreekt met de anesthesioloog of de anesthesioloog-pijnspecialist. De anesthesioloog kan dan beslissen welke medicatie het meest geschikt is voor jouw situatie.

Krijg je als patiënt onverwacht toch last van bijwerkingen of singaleer je deze als zorgverlener? Meld dit altijd bij Bijwerkingencentrum Lareb.