Behandeling bij wervelkanaalstenose

De klachten bij een wervelkanaalvernauwing worden meestal geleidelijk erger. Wanneer je veel pijn hebt of minder goed functioneert door de klachten, kun je voor een behandeling terecht in een pijncentrum.

Zenuwblokkade met stroomstootjes (PRF)

Bij deze behandeling dient de anesthesioloog-pijnspecialist korte stroomstootjes toe aan de zenuwwortel op de plek waar de vernauwing zit. Daardoor geeft deze zenuw geen pijnprikkels meer door. Een andere naam voor deze behandeling is zenuwblokkade. Deze behandeling wordt vooral gedaan als de vernauwing in de opening in het wervelkanaal zit waardoor de zenuw naar buiten loopt.

Je kunt niet zelf aan het verkeer deelnemen na de behandeling. Zorg dus dat er iemand met je meegaat.

Tijdens de behandeling lig je op je buik op een behandeltafel. Je huid wordt eerst ontsmet en je krijgt een plaatselijke verdoving. De anesthesioloog-pijnspecialist zoekt voor de behandeling eerst de zenuw op met röntgenfoto’s of een echo. 

Daarna brengt de anesthesioloog-pijnspecialist de naald in, soms op meerdere plekken. Om te controleren of de naald op de goede plek zit, dient hij of zij een paar test-stroomstootjes toe. Zit de naald goed, dan krijg je een verdovingsmiddel op de plek van de zenuw ingespoten. Dat kan even pijnlijk zijn. Daarna wordt de zenuwwortel een paar minuten behandeld met stroomstootjes. Je blijft na de behandeling nog even in het ziekenhuis. Als alles goed is gegaan, kun je snel weer naar huis. 

Risico’s en bijwerkingen

  • Een blauwe plek rond de behandelde plek. Deze gaat vanzelf weer weg.
  • Minder gevoel of kracht in het behandelde gebied. Dit komt door het verdovingsmiddel. Dit is meestal na een paar uur over.
  • Pijn. De pijn kan een paar weken blijven. Je kunt een pijnstiller nemen, bijvoorbeeld paracetamol. 
  • Een allergische reactie op de contrastvloeistof. Dit komt weinig voor.
  • Een infectie op de plaats van de injectie. Dat komt bijna nooit voor.
  • Een bloeding op de plek van de injectie. Ook dat komt weinig voor.

Vaak is pas na weken duidelijk of de behandeling heeft geholpen. De behandeling kan eventueel herhaald worden als je nog steeds pijn hebt. Je overlegt dit met je arts.

Injecties met een verdovingsmiddel

Op de plek van de vernauwing krijg je een verdovingsmiddel ingespoten. Hierdoor wordt de pijn minder. 

Tijdens de behandeling lig je op je buik op de behandeltafel. Je huid wordt eerst ontsmet en je krijgt een plaatselijke verdoving. Om ervoor te zorgen dat de injectie precies op de goede plek komt, worden er tijdens de behandeling voortdurend röntgenbeelden gemaakt. Daarom krijg je via de naald ook wat contrastvloeistof ingespoten. Daarna spuit de anesthesioloog-pijnspecialist het verdovingsmiddel in. Dat kan even pijnlijk zijn. Als alles goed is gegaan en je je goed voelt, kun je daarna naar huis. 

Meestal is pas na een paar weken duidelijk of de injecties hebben geholpen. 

Risico’s en bijwerkingen

De bijwerkingen van de injecties zijn meestal mild. Je kunt bijvoorbeeld last krijgen van pijn of een blauwe plek op de plaats van de injectie. Na een paar dagen gaat dat over.

Zeldzame bijwerkingen/complicaties

  • Het ruggenmergvlies kan tijdens de behandeling per ongeluk worden aangeprikt. Als dat gebeurt krijg je hoofdpijn. Het kan helpen om extra te drinken dan gaat het meestal vanzelf weer over. 
  • Een infectie op de plaats van de injectie. Dat komt bijna nooit voor.
  • Een bloeding op de plek van de injectie. Ook dat komt weinig voor.
  • Een allergische reactie op de contrastvloeistof. Ook deze complicatie is zeldzaam. 

Terug naar Pijn door wervelkanaalstenose